Description
Licht: Plaats de plant op een lichte plek zonder direct zonlicht. Indirect licht is het beste, omdat te veel zon de bladeren kan verbranden.
Water: Houd de grond licht vochtig, maar niet drassig. Geef water wanneer de bovenste laag van de grond droog aanvoelt. Gebruijk bij voorkeur lauw water met weinig kalk.
Luchtvochtigheid: Deze plant houdt van een hoge luchtvochtigheid. Besproei de bladeren regelmatig of zet de plant op een schaal met water en kiezelstenen.
Temperatuur: Een temperatuur tussen 18-24°C is ideaal. Vermijd tocht en plotselinge temperatuurschommelingen.
Bemesting: Geef tijdens het groeiseizoen (lente en zomer) om de 2-4 weken vloeibare plantenvoeding, verdund tot halve sterkte. In de herfst en winter niet bemesten.
Grond: Gebruik luchtige, goed drainerende potgrond, bijvoorbeeld een mengsel voor kamerplanten met wat perliet of sphagnum.
Verpotten: Verpot elke 1-2 jaar in een iets grotere pot om de wortels ruimte te geven.
Onderhoud: Verwijder regelmatig gele of beschadigde bladeren om de plant gezond te houden.
Vermeerdering: Kan via deling tijdens het verpotten of door stengelstekken in water te rooten.