Description
1. Licht
- Plaats de plant op een lichte plek met fel, indirect licht.
- Kan ook in halfschaduw groeien, maar vermijd volledige schaduw.
- Te veel direct zonlicht kan bladverbranding veroorzaken.
2. Water geven
- Houd de grond constant licht vochtig, maar niet nat.
- Laat de bovenste laag aarde iets opdrogen tussen gietbeurten.
- Geef liever kleine hoeveelheden water vaker dan een grote plens.
3. Luchtvochtigheid
- Deze plant gedijt goed bij een hoge luchtvochtigheid (60-70%).
- Regelmatig benevelen met water is aan te raden, vooral in droge ruimtes.
- Plaats de pot eventueel op een schaal met water en hydrokorrels.
4. Temperatuur
- Ideale temperatuur: 18–25°C.
- Niet onder 15°C laten komen, want de plant is gevoelig voor kou.
- Vermijd tocht en plotselinge temperatuurwisselingen.
5. Voeding
- Geef tijdens de groeiperiode (lente en zomer) 1x per maand verdunde vloeibare plantenvoeding.
- Stop met voeden in de herfst en winter.
6. Verpotten
- Verpot elke 1–2 jaar om de wortels ruimte te geven.
- Gebruik goed doorlatende potgrond (bijvoorbeeld universele potgrond met perliet of zand).
- Zorg voor drainagegaten om stagnerend water te voorkomen.
7. Snoeien & Onderhoud
- Snoei regelmatig om een compacte groei te bevorderen.
- Verwijder dorre of gele bladeren om de plant gezond te houden.
- Kan in vorm worden geknipt als decoratieve grasachtige plant.
8. Problemen oplossen
- Bruine bladpunten: Meestal door te droge lucht of onregelmatig water geven.
- Gele bladeren: Kan duiden op overbewatering of een tekort aan voedingsstoffen.
- Slappe groei: Vaak door te weinig licht of te koude standplaats.